vrijdag 21 augustus 2015

Een beslissingsboom voor donaties aan goede doelen.

Er bestaat een grote verscheidenheid aan clubs. Een grote diversiteit aan doelen. En vele manieren om te doneren. 

Wie wil doneren, doet dat vaak ad hoc, emotioneel en vaak voor noodhulp, bij rampen en soms oorlogen. Het houdt het midden tussen het kopen van een aflaat en het bijdragen aan een betere wereld. Maar om dat laatste effectief waar te maken, is het nodig meer planmatig te doneren in functie van specifieke doelen en daarmee output en impact. Die twee laatste begrippen worden vaak door elkaar gebruikt maar zijn wezenlijk verschillend. 

Ik doneer nooit 'spontaan' , geef nooit geld aan bedelaars en koop geen gadgets voor het goede doel. Ik ga liever voor 'geld met betrokkenheid'. Dus doneren maakt deel uit van een bredere kijk op de wereld en op hoe ik die wereld mee vorm geef. 

Want consumeren, dus ook doneren, is een politieke daad stellen. In het beste geval. In het slechtste geval is het van elke betekenis ontdaan en daarmee helpt zelfs het product niet meer om de behoefte te bevredigen. Het kopen zelf is dan de bevrediging geworden. 

Maar goed, ik beschouw mijn consumptiepatroon als een vorm van politieke actie. 
En doneren dus ook. Daarom heb ik een schema uitgewerkt van mogelijke goede doelen, hoeveel ik doneer of wil doneren en binnen welk doel of filosofie ik dat doe. 


Wat zijn mijn levensthema's? 

Met levensthema's bedoel ik die maatschappelijke thema's, die inhouden waarop je je betrokken voelt: voeding, wonen, energie, dieren, vluchtelingen, noem maar op... Meestal hebben die thema's te maken met persoonlijke ervaringen ( vooral als kind of jongere). Persoonlijke ervaringen leggen verbanden  met gelijkaardige, maar niet dezelfde,  omgevingen en mensen. Die associaties,vaak onbewust maken ons gevoelig voor thema's maar vooral voor beelden.  In plaats dat die beelden, die associaties jouw overvallen, kan je beter op zoek gaan naar wat je levensthema's eigenlijk zijn. Maak een lijstje.

Binnen die thema's ga je vervolgens alle mogelijke goede doelen opzoeken. Maak dus lijstjes. 

Vervolgens ga je verschillende dimensies en variabelen uitsluiten. Geografie, doelgroep, ideologie ( van het goede doel of van jezelf), effect en communicatie ( jawel, toch zeer belangrijk) en eventueel de reikwijdte en de schaal van de organisatie. 

Om daarin je weg te vinden, zoals je dat ook kan doen voor alle consumptiebeslissingen, kan je jezelf 4 vragen stellen over jouw keuze om een goed doel te steunen. De vraag is of jouw keuze duurzaam is op 4 dimensies. 

1. Wat zijn de kosten en baten voor jezelf? Bedenk dus een voordeel voor jezelf, hoe subjectief ook. Dat is eerlijker dan een soort vaag altruïsme aan te voeren. Anderzijds, hoeveel kost het jou? Niet alleen financieel, maar ook qua inspanning ( betalingsmodaliteiten, nieuwsbrief, inleefreis?) en sociaal (levert het eerder sociale prestige op of toch sociale afwijzing). 

2. Wat zijn de kosten en baten voor de onmiddellijke omgeving? Het is belangrijk dat de omgeving geen nadeel ondervind van de gemaakte keuzes. Het bedrag dat je reserveert moet dus redelijk zijn. Indien je te weinig budget hebt, beperk dan jouw engagement. Indien je wel geld kan geven, doe het dan in verhouding tot de impact die je denkt daarmee te realiseren. Indien een bijdrage van 50 euro gevraagd wordt voor 1 persoon 1 jaar lang school te laten lopen, volg die leidraad en stort dus dat bedrag of een klein veelvoud ervan. Herhaling, dus vaste opdrachten zijn een zeer duurzame keuze. Immers, de werving kost ook geld en andere middelen zoals drukwerk ( wat dan weer een ecologische kost is). En organisaties kunnen veel beter  plannen en begrotingen maken mits een vaste achterban. Hier geldt overigens de wet van het groot getal. Stort dus niet zoveel mogelijk geld, maar zet middelen ( tijd, geld) in om mensen te overtuigen hetzelfde (beperkte) engagement op te nemen. Ook dat is een gewenste ( of misschien niet zo gewenste) impact op uw omgeving. Ga daar bewust en zorgzaam mee om, maar anderzijds werkt voorleefgedrag zeer inspirerend. Sommigen hebben niet de tijd of de goesting om het denkwerk te doen, jouw keuzes kunnen als leidraad dienen. 
Een leuk en positief effect op jouw omgeving is dat wanneer je 'gelukkig' wordt van geven, dat bijdraagt tot de levenskwaliteit van jezelf en de mensen om je heen. Doneren draagt bij tot het bruto nationaal geluk.

3. Wat zijn de kosten en baten voor de 'mensheid'? M.a.w. Hoe zit het met sociale duurzaamheid van de organisatie. Dat gaat niet alleen over de mensen of groepen die bereikt worden, maar ook over omgang met eigen medewerkers, leveranciers en andere betrokkenen. Het is niet omdat een organisatie een sociaal thema heeft dat ze sociaal duurzaam zijn in hun werkwijze of relaties. Misschien sluiten ze, bewust of onbewust, wel groepen uit in hun werking. 
4. Wat zijn de kosten en baten voor de aarde, de ecosystemen? Hoe zit het dus met de milieu impact van de processen van goede doelen, noch los of ze een milieu thema hebben of niet. Het misverstand bestaat dat milieu NGO's per definitie op een ecologische manier werken en dus een goede balans hebben in de middel doel verhouding van de ingezette middelen. Niets is minder waar! 

De informatie om antwoorden te vinden vind je meestal op sites maar vooral in jaarverslagen. Ik weet het, het is vaak nogal droge, technische informatie. Kijk daarom uit naar goede doelen die een duurzaamheidsverslag maken, bvb. Volgens de GRI regels rapporteren. Anderzijds is een vlot verhaal onvoldoende, dus louter reclame en PR boezemt weinig vertrouwen in omdat het niet transparant is. 

Ik heb zelf mijn huiswerk gemaakt en zo is er een dashboard ontstaan. Net zoals bij het besturen van een auto, bestuur ik mij budget door naar de verschillende wijzers te kijken. En dan zijn de aanpassingen kinderspel. Want zowel de werkelijke noden, de organisaties als ikzelf blijven evolueren. Als de fundamenten goed zitten is daar niets mis mee. In tegendeel!

Veel plezier met het samenstellen van uw favoriete goede doelen.